Vanaf februari vervalt het vereenvoudigde testprotocol voor FFP2- en FFP3-mondmaskers.
In de strijd tegen de verspreiding van het Covid-19-virus ontstonden het voorbije jaar in diverse sectoren grote tekorten aan FFP2- en FFP3-maskers. Door de exponentieel toegenomen wereldwijde vraag naar deze maskers kwam de toelevering zwaar onder druk te staan.
Om die tekorten op te vangen paste de FOD Economie de bestaande Europese regels om mondmaskers op de Belgische markt te mogen brengen, tijdelijk aan. FFP2-/FFP3-maskers waren daarom onderworpen aan een vereenvoudigd testprotocol: het ‘Alternative Test Protocol’ (ATP), waarbij slechts een beperkt aantal essentiële vereisten beoordeeld werd, namelijk:
- de maximaal toegelaten waarden voor de penetratie van het filtermateriaal (“Penetration of Filter Material”, PFM) – dit is een maat van hoe doorlaatbaar de gebruikte stof van het masker is,
- de maximaal toegelaten totale binnenkomende lekkage (“Total Inward Leakage”, TIL) - dit is een maat van hoe goed de afsluiting van het gezicht door het masker is.
Aangezien de markt voor mondmaskers momenteel langzaam maar zeker normaliseert, zal de procedure ATP niet meer toegepast worden vanaf 1 februari 2021 (waarbij gekeken zal worden naar de datum van verzending).
Vanaf 1 februari a.s. zijn opnieuw alle documenten vereist
Vanaf volgende maand kunnen dus enkel mondmaskers op de markt geplaatst worden die voldoen aan Verordening 2016/425 (met CE-markering en certificatie) of aan alternatieve normen (met een volledig testrapport, uitgevoerd met een Europees panel, afkomstig van een geaccrediteerd labo en waarbij een eenduidige link bestaat tussen de documenten en het betrokken lot).
Alle documenten moeten voorgelegd kunnen worden op het moment dat de maskers worden aangeboden om in het vrije verkeer te brengen.
Bron: Prebes 
