Vraag over het gebruik
Andere vraag

Interesse?

Wenst u meer nieuws, praktische informatie en wetgeving over welzijn op het werk, milieu en arbeidsgeneeskunde?

Omgevingshandhavingsplan 2021 is gepubliceerd

Nieuws - 01/04/2021
-
Auteur(s): 
Linda Van Geystelen


 Deze jaarlijkse publicatie maakt het jaarplan van de Omgevingsinspectie bekend, maar ook de activiteiten van de cluster ‘Sanctionering en Advisering’ beter bekend als de ‘gewestelijke beboetingsentiteit’. Een overzicht van de werking, plannen en acties die de afdeling Handhaving dit jaar wil realiseren.
 

Het omgevingshandhavingsplan 2021 bestaat uit twee hoofdstukken. Het eerste hoofdstuk geeft de organisatie van de afdeling weer: organogram, opdrachten, beleidscontext, personeelsoverzicht en de financiën. U vindt er ook informatie over het programmatisch handhaven, dat bestaat uit een geïntegreerde benadering en een risicogebaseerde benadering. In dit hoofdstuk zitten ook de macroprocesmap en een duiding over de cluster advisering en sanctionering.

Het tweede hoofdstuk behandelt de handhavingsinitiatieven 2021. Bij de speerpunten geïntegreerde handhaving staan (naast de projecten van de beleidsbijdrage) vanuit handhavingsuitvoering en van de departementale onderzoeksagenda ook de afdelingsprojecten vermeld. Dat zijn projecten zoals:

  • het afdelingsproject integratie omgevingsinspectie
  • het afdelingsproject uniformiteits- en kwaliteitsbewaking
  • het afdelingsproject ondersteuning handhaving (boven) lokale besturen
  • het afdelingsproject opstart forum Omgevingshandhaving
  • het afdelingsproject evaluatie en optimalisatie klachten beheersysteem
  • het afdelingsproject onderzoek naar onvergunde ingedeelde inrichtingen en activiteiten
  • de afdelingsinitiatieven rond digitalisering
‘Omgeving’ is een breed begrip

Geïnspireerd door de ‘omgevingsgedachte’, startte de afdeling Handhaving met een aantal proefprojecten, die ze in 2021 voortzet samen met de opstart van nieuwe projecten. Zo wordt een belangrijke stap gezet in de afstemming tussen de handhavingsinitiatieven voor milieu, ruimte en erfgoed. De afdeling beschikt hiervoor over 79 milieutoezichthouders, 12 milieutoezichthouders zware risicobedrijven, 11 gewestelijke stedenbouwkundige inspecteurs, 9 verbalisanten ruimtelijke ordening, 6 handhavers erfgoed en 14 beboeters, om de hoofdopdrachten en taken uit te voeren. We pikken enkele speerpunten uit het rapport.


Overzicht:

- Speerpunten onroerend erfgoed

- Speerpunten milieu:controles – proactief optreden per thema:

Speerpunten ruimte

De reguliere werking van de Omgevingsinspectie bestaat voor een groot deel uit klachtenbehandeling en overleg met lokale overheden en handhavingspartners. In 2021 implementeert Omgevingsinspectie ‘Compliance Promotion’ in de handhavingsuitvoering die betrekking heeft op de naleving van de VCRO, op basis van twee deelinitiatieven.

Sinds 1 maart 2018 kan een vermindering of kwijtschelding van de opeisbare dwangsomschuld als gevolg van een gerechtelijke veroordeling wegens VCRO-schendingen worden toegestaan (tijdelijk of definitief, geheel of gedeeltelijk). In 2021 koppelt Omgevingsinspectie haar evaluatie en een voorstel om te komen tot een meer gestroomlijnde procedure inzake kwijtschelding van gerechtelijke dwangsommen terug met de beleidsmakers.

Omgevingsinspectie organiseert in 2021 een interactieve webinar voor handhavingspartners die bij hun opdracht worden geconfronteerd met stedenbouwkundige schendingen,  en/of derden kunnen wijzen op de vigerende wetgeving.

Omgevingsinspectie treedt in 2021 in overleg met de relevante actoren om na te gaan hoe, binnen een afgebakende scoop, in databanken dossiers kunnen worden gedetecteerd die in aanmerking komen om van naderbij te worden onderzocht. Zo wordt gedacht aan screening van omgevingsvergunningen waar

  • voorwaarden zoals aanleg van groenbuffers worden opgelegd
  • afwijkingen zeer frequent voorkomen (verbouwen blijkt herbouwen)
  • voorwaarden worden opgelegd zoals verharding in signaalgebieden en/of watergevoelige gebieden…

In 2019 en 2020 selecteerde de Omgevingsinspectie twee kwetsbare gebieden of zones die bijkomende bescherming genieten door onder meer de Vogelrichtlijn, Ramsar of Habitatrichtlijn, om de toestand in deze kwetsbare gebieden proactief te onderzoeken. Bij een schending waarvoor de verjaring nog niet speelt, kan de Omgevingsinspectie een handhavingstraject opstarten. In het ander geval geldt de controle als nulpuntmeting naar de toekomst toe. In 2021 zet de Omgevingsinspectie de uitgevoerde controles voort en voorziet ze ruimte voor een nieuw project.

In 2021 zullen de verbalisanten ruimtelijke ordening van Omgevingsinspectie in overleg met hun collega’s-milieutoezichthouders specifiek aandacht besteden aan het toezicht op de in de omgevingsvergunning voor klasse 1-inrichtingen opgelegde, stedenbouwkundige voorwaarden die betrekking hebben op buffering, groenscherm en waterberging. Per provincie zal een aantal klasse 1-inrichtingen (recente vergunningen) op deze wijze worden gecontroleerd, ongeacht de zone/bestemming waarin de inrichting zich bevindt.

Speerpunten onroerend erfgoed

In samenwerking met de erfgoedconsulenten van het agentschap Onroerend Erfgoed staat de Omgevingsinspectie in voor zowel de eerstelijnsfunctie (informeren van burgers, lokale overheden, politiediensten…) als de zachte handhaving, waarvan onder meer klachtenbehandeling, de eerste overlegrondes met de overtreder en het opmaken van raadgevingen en aanmaningen deel uitmaken. Wanneer deze niet leiden tot een oplossing op het terrein, wordt een hard handhavingstraject opgestart.

Omgevingsinspectie engageerde zich in 2020 om te onderzoeken of een handhavingstraject moet worden opgestart na screening door het Agentschap Onroerend Erfgoed in het kader van de herevaluatie van de ruim 13.500 beschermde monumenten, stads- en dorpsgezichten, cultuurhistorische landschappen en archeologische sites. In 2021 wordt verder onderzocht voor welke dossiers een handhavingstraject kan worden opgestart.

In overleg met het Agentschap Onroerend Erfgoed gaat Omgevingsinspectie in 2021 na hoe in de toekomst zal worden omgegaan met archeologie-overtredingen, hoe proactief kan worden gehandeld en hoe doelgericht kan worden gehandhaafd.

Via een business-analyse worden in 2021 de behoeften aan en randvoorwaarden voor een meer geïntegreerd en efficiënter beheer en betere toegankelijkheid en uitwisseling van informatie over handhavingsdossiers in kaart gebracht.

In 2021 wordt een overlegplatform georganiseerd op operationeel niveau, waar consulenten op basis van hun regiowerking en inspecteurs op basis van hun gewestelijke werking op systematische wijze kunnen overleggen.

Bij voldoende interesse, mogelijk ook vanuit lokale politiediensten, organiseert Omgevingsinspectie in 2021 een nieuwe opleiding voor toekomstige gemeentelijke verbalisanten.

Speerpunten milieu

De speerpunten milieu voor het Omgevingshandhavingsplan 2021 situeren zich in belangrijke mate bij zowel het reactief, routinematig als proactief optreden, en rond de thema’s afval, dieren, hinder, ketenteam, klimaat, lucht, omgevingsveiligheid, REACH, ondergrond en grondwater, water, het RIE-inspectieprogramma en exploitatie.

  • Reactieve controles zijn onder andere de behandeling van klachten, geuronderzoeken, geluids- en trillingsonderzoeken, optreden bij voorvallen of calamiteiten, controles op vraag van de Vlaamse Milieumaatschappij, VLM en OVAM, rapportering naar aanleiding van kantschriften, en het opmaken van evaluatieverslagen of -adviezen over proefvergunningen of opdrachten opgelegd krachtens vergunningsvoorwaarden (bijzondere voorwaarden).
  • Routinematige controles zijn routineopdrachten, zoals het nemen en laten analyseren van afval- en afvalwaterstalen of het laten uitvoeren van emissiemetingen lucht door een erkend laboratorium. Die hebben specifiek betrekking op één milieuthema. Andere routineopdrachten hebben betrekking op de exploitatie van hinderlijke inrichtingen in het algemeen, zoals de controle van milieu- en omgevingsvergunningen. Deze controles kunnen gebeuren naar aanleiding van nieuwe vergunningsbesluiten of weigeringsbesluiten, en kunnen een volledige toets van de realiteit in het bedrijf aan de voorwaarden van de vergunning inhouden, ofwel louter als een controle van de bijzondere voorwaarden uitgevoerd worden.
  • Controles op eigen initiatief blijven een mogelijkheid voor milieutoezichthouders. Zij kunnen op deze manier relevante milieuproblemen aanpakken die niet kunnen worden ondergebracht onder de voorziene handhavingsinitiatieven. In 2021 voert Omgevingsinspectie controles uit bij nog nooit door haar gecontroleerde Klasse 1-inrichtingen.
  • Voortgangscontroles volgen op een controle waarbij allerhande vaststellingen zijn gedaan die de milieutoezichthouder heeft getoetst aan de vigerende regels, waarbij ook de bestuurlijke afhandeling van een dossier is opgestart aan de hand van maatregelen volgens het milieuhandhavingsinstrumentarium (aanmaningen, bestuurlijke maatregelen…). Aangezien een voortgangscontrole heel dossiergebonden is en niet altijd kan worden gevat bij de begroting van personele inzet voor de verschillende handhavingscampagnes, worden ze opnieuw nadrukkelijk vermeld in dit omgevingshandhavingsplan.

Proactief optreden wordt in het rapport aangekondigd per thema.

- Afval. In 2021 zet Omgevingsinspectie haar controles op de omgang met asbest- en bouw- en sloopafval op containerparken en bij sorteerbedrijven voort. Controles op de aanwezigheid van asbest in bedrijfsgebouwen, op de selectieve inzameling op sloopwerven zullen ook nog op een ad hoc-basis aan bod komen. Omgevingsinspectie werkt in 2021 ook handhavingsinstrumenten uit die door de lokale handhavers gemakkelijk gebruikt kunnen worden in het kader van behandeling van asbestdossiers. Bij de asbeststortplaatsen heeft de Omgevingsinspectie specifiek aandacht voor de aanvaardingscontrole en eventuele onrechtmatige bijmenging bij aangevoerde asbestafvalvrachten, en voor het veilig lossen van het asbestafval op de stortplaats.

Omgevingsinspectie voert dit jaar ook controles uit bij alle schakels van de afvalstoffenketen, met name bij afvalstoffenproducenten, bij inzamelaars, bij overslag- en sorteercentra en bij eindverwerkers, waaronder verbrandingsovens en stortplaatsen. Hierbij zal onder meer aandacht besteed worden aan de selectieve inzameling, de voorwaarden waaraan moet voldaan worden bij samenvoegen van verschillende afvalfracties, de aanvaardingscontrole, het sorteerproces in functie van hoogwaardige materiaalrecyclage, enzovoort.

Omgevingsinspectie controleert dit jaar ook steekproefsgewijs de aangevoerde stromen bij biogasinstallaties op basis van het register en de aanvoerdocumenten en doet een toetsing aan de voorwaarden zoals vermeld in de Verordening (EG) 1069/2009. Alle emissies naar bodem, lucht (onder andere geur) en bedrijfsafvalwater worden door geïntegreerde controles gevat.

Voorts bestaat een belangrijk onderdeel van de afvalcontroles uit het nemen van afvalstalen ter controle van vergunningsvoorwaarden en de voorwaarden voor verwerking en hergebruik van materialen.

In 2021 voert Omgevingsinspectie gerichte controles uit bij de inrichtingen die kunststofpellets kunnen verliezen, zoals logistieke bedrijven, producenten en verwerkers van kunststofpellets en afvalstoffenbedrijven (overslagbedrijven, sorteerbedrijven, recyclagebedrijven), om het verlies van de kunststofpellets of fijne kunststofdeeltjes maximaal te voorkomen.

- Dieren. Omgevingsinspectie inspecteert jaarlijks verschillende inrichtingen die de in de verordening bedoelde dierlijke bijproducten voortbrengen: enerzijds bedrijven die op grond van Verordening 1069/2009 erkend zijn voor het inzamelen, opslaan of verwerken van dierlijke bijproducten (o.a. biogasinstallaties, composteerinstallaties en verwerkers van dierlijke bijproducten), waarbij ze nagaat of deze exploitanten de in de erkenning en verordeningen opgelegde voorwaarden correct naleven; en anderzijds bepaalde inzamelaars, handelaars en makelaars met een OVAM-registratie voor het vervoer van dierlijke bijproducten, waarbij ze de nodige aandacht schenkt aan het correcte gebruik van handelsdocumenten. Daarnaast worden ook geselecteerde inrichtingen (klasse 1-, klasse 2- en klasse 3-inrichtingen of niet-ingedeelde inrichtingen) uit de voedselketen gecontroleerd, waar de toezichthouders nagaan of de exploitanten zich op correcte wijze ontdoen van de dierlijke bijproducten – in sommige situaties worden er monsters genomen die de toezichthouder laat analyseren door een erkend laboratorium.

In 2021 controleert Omgevingsinspectie verder de constructie en de werking van de ammoniakemissiearme (AEA) stalsystemen bij klasse 1-bedrijven die onder de RIE vallen, met als doel een inventaris op te stellen van alle effectief geplaatste installaties in Vlaanderen en deze te toetsen aan de constructie- en gebruiksvoorwaarden zoals vermeld in het Ministerieel besluit ‘Ammoniakemissiearme stalsystemen’.

Omgevingsinspectie plant ook verdere controles in de rundveesector naar aanleiding van mogelijke lozingen van pers- en silosappen uit voederkuilen, mestsappen (afkomstig van mestopslagplaatsen, reinigingswater van stallen, potstallen, kalverboxen…), sappen van groentenresten en slibs, run-off van de bedrijfsverharding, spoel- en reinigingswater van het melkhuisje/-put en van landbouwvoertuigen. De focus blijft in 2021 behouden op bedrijven met meer dan 200 runderen gelegen in gebieden die aangeduid zijn als speerpuntgebied, en naar klasse 1-rundveebedrijven ongeacht het gebied waarin ze zijn gelegen. 

Omgevingsinspectie plant in 2021 ook nog een aantal voortgangscontroles bij de gecontroleerde slachthuizen en maakt een evolutie over dit handhavingsinitiatief.

- Hinder. Dit jaar voert Omgevingsinspectie verder geluids- en trillingsmetingen en breedbandmetingen van elektromagnetische straling uit, en beroept ze zich desgevallend op erkende deskundigen voor het uitvoeren van onderzoeken inzake geur, geluid en trillingen. Specifiek voor asfaltcentrales waar geuraspecten inherent gekoppeld zijn aan de werking ervan, werkt Omgevingsinspectie in 2021 een aftoetsingskader uit in functie van een uniforme aanpak van een mogelijke geurproblematiek.

- Ketentoezicht. In 2021 voert Omgevingsinspectie controles uit op het wegtransport van afvalstromen en bij de verwerkers van afvalstoffen. Bij melding van debunkeringen gaat Omgevingsinspectie na of de afgegeven scheepsbrandstof moet worden aanzien als een afvalstof. Ook meldingen van uitvoer, doorvoer en invoer van schepen worden opgevolgd, dit ter voorkoming van het ‘beachen’ van sloopschepen op illegale bestemmingen. Ze plant verdere controles op grensoverschrijdende afvalstromen via de zeehavens. In 2021 actualiseert Omgevingsinspectie de risicobeoordeling van die grensoverschrijdende afvalstoffen en de gehanteerde prioriteiten.

- Klimaat. Omgevingsinspectie blijft in de periode 2021-2030 verder inzetten op controle op de naleving van de Vlaamse exploitatievoorwaarden volgens Vlarem, en andere verplichtingen voortvloeiend uit Europese regelgeving bij klasse 1-inrichtingen betreffende de uitstoot van F-gassen. Parallel hiermee wordt ook het gecoördineerd overleg met, en de handhaving van de distributiesector op corporate niveau voortgezet.

Er wordt dit jaar naar gestreefd om 20% van de geplande controles van koelinstallaties samen uit te voeren met de lokale toezichthouders.

Omdat Omgevingsinspectie bevoegd is voor de controle op deze erkende firma’s, zet zij, in overleg met en met goedkeuring van de afdeling GOP en het Vlaamse Energie- en Klimaatagentschap, in 2021 het handhavingsinitiatief ter controle van de werking en de kwaliteit van de gecertificeerde koeltechnische firma’s verder.

Wat betreft de controle op de afvoer en de verwerking van F-gassen, zet Omgevingsinspectie in 2021 verder in op het in kaart brengen van de 'officiële' en ‘niet-officiële’ afvalstromen en de betrokken actoren. Op basis hiervan zal samen met de werkgroep Afval, ketenteam en OVAM een actievoorstel worden uitgewerkt. In het licht van de klimaatverandering en het belang van de F-gassen hierbij, wordt overleg en kennisopbouw rond dit thema steeds belangrijker.

Er wordt in 2021 ook ingezet op het verderzetten/opstarten van geregeld overleg tussen verschillende relevante (overheids)instanties met het oog op het uitbreiden van handhaving/sensibilisering in de toekomst. De focus ligt hier breder dan enkel en alleen de koelinstallaties. In 2021 focust Omgevingsinspectie op het gebruik en afvoer van zwavelhexafluoride, het isolatiegas of vonkblusmiddel met de grootste global warming potential (GWP)-waarde, dat in hoogspanningscabines, middenspanningscabines en laagspanningskasten wordt gebruikt.

- Energie. Voor grotere HVAC-systemen (>12 kW) bestaat een periodieke keuringsverplichting (VLAREM II). Het doel van deze keuringen is om het rendement te verhogen en het energieverbruik te verminderen, waardoor de uitstoot van broeikasgassen daalt. De controle op de naleving van de keuringsverplichting heeft dan ook een aanzienlijk aandeel in het behalen van de vooropgestelde klimaatdoelstellingen, en om het energieverbruik in Vlaanderen te verminderen. Omgevingsinspectie zal deze controles integreren in de handhavingscampagne rond de exploitatie van koelinstallaties (F-gassen).

- Lucht: geleide emissies. De toezichthouders van Omgevingsinspectie voeren in 2021 routine-emissiemetingen lucht, controles van de zelfcontrole lucht, ad hoc-immissiemetingen lucht, opvolgingscontroles van DMF-emissies bij coatingbedrijven, en controles bij middelgrote stookinstallaties uit. 

Omgevingsinspectie focust in 2021 bij de controles van de zelfcontrole lucht verder op crematoria, asfaltcentrales en afvalverbrandingsinstallaties. Daarnaast zal zij met het oog op de vermindering van luchtverontreiniging door houtverbranding ook de monitoring-gegevens van de industriële houtverbrandingsinstallaties verder opvolgen. 

Aan de hand ven luchtemissiemetingen uitgevoerd door erkende laboratoria in opdracht van Omgevingsinspectie gaat de milieutoezichthouder na of een exploitant de emissiewaarden respecteert en/of het zelfcontroleprogramma correct, volledig en betrouwbaar uitvoert.

- Lucht: diffuse emissies. Voorts zet ze verder in op acties ter beperking van de diffuse emissie en de verspreiding van zware metalen naar de lucht en op de beperking van de emissie van dioxines en dioxineachtige PCB's (bij schrootverwerkende bedrijven).

In functie van de algemene fijnstofproblematiek start ze dit jaar met een handhavingsinitiatief om meer in detail de effectieve bronnen en saneringsmaatregelen bij de verschillende sectoren te detecteren, zodat ze naar de toekomst toe ook hiervoor meer gerichte maatregelen kan opleggen.

- Lucht: Vluchtige organische stoffen (VOS). In 2021 ligt de focus bij de VOS-emissies op bedrijven die gebruik maken van organische oplosmiddelen met een ‘niet-gestandaardiseerde of uitzonderlijke procesvoering’, die Omgevingsinspectie nog niet eerder controleerde.

Omgevingsinspectie ziet in 2021 bij een aantal bedrijven toe of de periodieke controles met een IR-camera op verticale opslagtanks die vloeistoffen bevatten met een dampspanning van meer dan 13,3 kPa bij een temperatuur van 35°C tijdig en afdekkend gebeuren.

Een derde inspectiepijler voor de beperking van de VOS-emissies is de controle op de uitvoering van LDAR (“leak detection en repair”)-regelgeving met extra aandacht voor de vernieuwde regelgeving, de zogenaamde LDAR 2.0. Deze activiteiten vallen volledig onder het RIE-programma en vormen dus geen aparte handhavingscampagne.

- Genetisch gemodificeerde en pathogene organismen. In 2021 richt Omgevingsinspectie haar controles op de inrichtingen die een toelating hebben voor ingeperkt gebruik, en die nog niet zijn gecontroleerd of waarvan een vroegere controle reeds meer dan 15 jaar geleden is uitgevoerd.

- Toezicht zwarerisicobedrijven. In 2021 voert Omgevingsinspectie met gebruik van eventuele inspectie-instrumenten het Seveso III-inspectieprogramma uit. Ze controleert ook een aantal net niet-Seveso-inrichtingen.

In 2021 zijn hier ook diverse voortgangcontroles gepland, en controles van de nog niet gecontroleerde LPG-stations op de naleving van de omgevingsvergunning. Daarnaast controleert ze een aantal bevoorradingsstations met CNG, LNG of waterstof.

- REACH. In 2021 voert Omgevingsinspectie voornamelijk controles op de naleving van de registratieplicht, op de autorisatievoorschriften voor zeer zorgwekkende stoffen, op de voorschriften voor stoffen die als reactie-intermediairen zijn geregistreerd, en op het raakvlak tussen REACH en de afvalstoffen- en materialenwetgeving.

- Ondergrond en grondwater. Aangezien veel van de grondwaterwinningen onder de handhavingsbevoegdheid vallen van de lokale toezichthouders, geeft Omgevingsinspectie ook extra aandacht aan het ondersteunen van het lokale toezicht.

Omgevingsinspectie zal in 2021 de controle op erkende boorbedrijven bij de aanleg van boringen of grondwaterwinningen voortzetten.

Ze voert controles van grondwaterwinningen routinematig of reactief uit. Dit kan zowel een terreincontrole zijn, waarbij ze de grondwaterwinning volledig doorlicht, als een controle van de zelfcontrole grondwater. Bij deze laatste bekijkt en analyseert de toezichthouder de gerapporteerde grondwatergegevens (peilen, debieten, analyses) over een ruimere periode in het kader van de verplichtingen opgelegd in de vergunningen of vermeld in het integraal milieujaarverslag.

In 2021 zal Omgevingsinspectie het IMPEL-project 'Tackling Illegal groundwater drilling and abstractions' trekken, en deelnemen aan het 48ste internationale congres van de Internationale Vereniging van Hydrogeologen in Brussel.

Grondwater is een van de mogelijke bronnen voor het gebruik als beregeningswater. In 2021 besteedt Omgevingsinspectie binnen dit handhavingsinitiatief extra aandacht aan de landbouwsector door controle van de beregeningsinstallaties op het terrein.

- Water.

(Deze planning in het Omgevingshandhavingsplan bevat niet alle maatregelen die minister Demir reeds heeft aangekondigd in haar actieplan om de grondwaterschaarste te verhelpen. Het plan heeft wel geruime tijd op haar kabinet gelegen. Misschien is dit voor 2022. De afdeling Handhaving zal boorbedrijven die sinds 2017 een proces-verbaal kregen onder verhoogd toezicht plaatsen. De Vlaamse handhavingsdiensten zullen samenwerken met de Algemene directie Economische inspectie van de FOD Economie, zodat ze de desinformatie van klanten over de regelgeving van grondwaterwinningen als consumentenbedrog aanpakken; bijvoorbeeld verkeerde informatie over meldings- en/of vergunningsplicht, of het voeren van reclame door een niet-erkend boorbedrijf.)

Het Omgevingshandhavingsplan dan. In 2021 voeren de toezichthouders routine- en ad hoc-monsternames afvalwater uit, met bijzondere aandacht voor controles op vraag van VMM en controles op de zelfcontrole. Ze gaan na of de inrichtingen voldoen aan de bepalingen van Vlarem met betrekking tot water en aan de lozingsvoorwaarden van de vergunning. Een andere vorm van controle kan erin bestaan de bekomen eigen analyseresultaten te vergelijken met de resultaten van de zelfcontrole uitgevoerd door de inrichtingen, waarbij Omgevingsinspectie aandacht besteedt aan de volledigheid, correctheid en kwaliteit ervan.

Omgevingsinspectie voorziet dit jaar ook gerichte controles op de maatregelen die bedrijven nemen om het risico op voorvallen te reduceren. Zijn de risico’s in kaart gebracht, en werd er nagegaan hoe de impact van eventuele calamiteiten beperkt kan worden? Ook de opvang van bluswater komt hierbij aan bod. 

In 2021 zet Omgevingsinspectie in op controles op de in de omgevingsvergunning voor klasse 1-inrichtingen opgelegde stedenbouwkundige voorwaarden die betrekking hebben op verharding en opvang van hemelwater zoals buffering, groenscherm en waterberging.

Ook wordt in 2021 opnieuw tijd voorzien voor de verplichtingen van de toezichthoudende overheid met betrekking tot het gebruik van noodaansluitingen voor het lozen van bedrijfsafvalwater op openbare RWZI’s, zoals het registeren van data, verzegelen van de nood-aansluiting, enz.

- Richtlijn Industriële Emissies (RIE)-inspectieprogramma. In 2021 geeft Omgevingsinspectie uitvoering aan het RIE-inspectieprogramma met nadruk op de emissies van de installaties. Controles in dit inspectieprogramma hebben betrekking op alle installaties uit de sectoren industrie en landbouw.

Omgevingsinspectie controleert in 2021 o.a. de voorwaarden van VLAREM III bij de bedrijven die moeten voldoen aan omzetting van de BREF' Large Combustion Plants (LCP)' en 'Intensive Rearing of Poultry and Pigs (IRPP)’.

- Exploitatie. In 2021 voert Omgevingsinspectie voort controles uit bij nog nooit door haar gecontroleerde klasse 1-inrichtingen.

Eigen initiatief

Voorliggend omgevingshandhavingsplan wil in 2021 nadrukkelijk ruimte bieden aan milieutoezichthouders voor eigen initiatief binnen hun takenpakket. De milieutoezichthouder kan op deze manier relevante milieuproblemen aanpakken die niet kunnen worden ondergebracht onder de voorziene handhavingsinitiatieven van het omgevingshandhavingsplan 2021. 



Bron:  Omgevingshandhavingsplan 2021