Op donderdag 26 september verscheen de Grondwatertrein in het Belgisch Staatsblad. Deze grondwatertrein werd in juni definitief goedgekeurd door de Vlaamse regering. Dit wijzigingsbesluit heeft als doel het beheer van het grondwater te verbeteren. De meeste bepalingen worden van kracht op 6 oktober 2024 maar er zijn enkele uitzonderingen en overgangsmaatregelen. Voluit heeft het besluit als titel: Besluit van de Vlaamse regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 1 juni 1995 houdende algemene en sectorale bepalingen inzake milieuhygiëne, het VLAREL van 19 november 2010 en het besluit van de Vlaamse regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, wat de waterregelgeving betreft. De wijzigingen hebben betrekking op thema’s zoals grondwaterwinning (waaronder bemaling en drainage), circulair watergebruik, droogleggingsprojecten,…
Inwerkingtreding
De Grondwatertrein treedt in werking tien dagen na de publicatie in het Belgisch Staatsblad. Concreet betekent dit dus dat de meeste bepalingen van kracht worden op 6 oktober 2024. Er zijn hierop echter uitzonderingen:
- de artikelen vermeld in artikel 65 van de Grondwatertrein. Deze treden in werking op een nog te bepalen datum, binnen het jaar na publicatie van de grondwatertrein in het Belgisch Staatsblad. Zo zullen alle aanpassingen van de rubrieken van de indelingslijst, en alle algemene en sectorale voorwaarden die verwijzen naar een aangepaste rubriek van de indelingslijst later inwerkingtreden. Deze artikelen vragen immers eerst een aanpassing van het omgevingsloket, waarna de minister de datum van inwerkingtreding kan vaststellen.
- artikel 55, 10° van de grondwatertrein, dat betrekking heeft op het opnieuw wijzigen van de indeling van draineringen na een eerste wijziging conform artikel 55, 9° van de grondwatertrein, treedt in werking 3 jaar na bekendmaking van de grondwatertrein in het Belgisch Staatsblad.
Overgangsmaatregelen
Verschillende artikelen van de Grondwatertrein bevatten specifieke overgangsbepalingen. Zo wordt in deze artikelen voor reeds bestaande vergunningen, aktenames en exploitaties een overgangsperiode voorzien om de exploitatie aan de nieuwe of aangepaste voorwaarden aan te passen.
De minister moet de gebieden aanduiden waar een drainering (vermeld in subrubriek 53.3 van de indelingslijst) zo moet worden aangelegd dat de afvoer van bodem- en grondwater gestuurd en volledig kan worden stopgezet. Dit gebeurt uiterlijk zes maanden na de inwerkingtreding van artikel 26 van de Grondwatertrein.
Meer in senTRAL:Bron: